Nieuwe WOZ-methode was ‘een megaklus’

De WOZ-beschikkingen gaan de deur uit en de bezwaren komen binnen. Dit jaar speelt onder meer dat de meeste gemeenten in de berekening overstappen van inhoud naar gebruiksoppervlak. Sommige partijen zeggen dat hierdoor meer fouten worden gemaakt en roepen op om bezwaar te maken. Gemeenten spreken tegen dat de overstap voor grote schommelingen zorgt – buiten de verhitte woningmarkt – maar het zorgt in sommige gevallen wel voor vertraging. Tegelijkertijd is de samenwerking met no-cure-no-paybureaus is nog altijd niet florissant.

‘Bijna alles is verzonden’, zegt Arri Hartog, MT-lid van Servicegemeente Dordrecht. ‘Er wordt goed gereageerd.’ De Servicegemeente voert de WOZ ook uit voor vier andere gemeenten. ‘In sommige gemeenten gaan de tarieven meer omhoog dan in andere en dan zijn er toch mensen die bellen om te vragen of het klopt. Ze zoeken bevestiging. Soms zijn ze een beetje boos. Niemand belt om te zeggen dat ze blij zijn.’

Ze hebben in de Drechtsteden hard moeten werken om de overstap naar vierkante meters te maken. ‘Het is een megaklus geweest’, zegt Hartog. ‘Het grootste deel is goed te doen, maar sommige gebieden, zoals de oude binnenstad van Dordt, is heel complex. In de laatste 10.000 woningen zit het arbeidsintensieve werk. Daar hebben we verschillende technieken voor gebruikt, zoals bouwtekeningen en luchtfoto’s.’

Hartog ziet door de overstap geen grote waardeschommelingen. 'Al hoor ik daar in het land wel andere geluiden over.’

Foutgevoelig

Sommige partijen zeggen dat er door de overstap naar oppervlak meer verkeerde inschattingen worden gemaakt. Volgens de Vastelastenbond is de wijziging goed voor de WOZ, maar pas op de lange termijn. Op de korte termijn zou het juist foutgevoelig zijn, vooral omdat de gebruikte gegevens niet altijd up-to-date zijn. Het bureau Eerlijke WOZ concludeerde in een jaarlijks onderzoek dat ‘de gemiddelde Eerlijke WOZ-waarde’ in 78 procent van de gevallen ten minste 10.000 euro afwijkt van de door de gemeente vastgestelde waarde. En Previcus Vastgoed ziet na twee maanden ‘dat het in veel gevallen misgaat’: ‘In circa 50 procent van de gevallen was de afwijking (naar boven en naar beneden) groter dan 5 procent.’

Kwaliteitsimpuls

‘Je ziet heel duidelijk in de berichtgeving van de no-cure-no-paybureaus over de overstap naar oppervlakte dat gegevens niet zouden kloppen’ vertelt Ruud Kathmann, lid van het managementteam van de Waarderingskamer. ‘Het klopt dat de BAG ook niet altijd goed was. We hebben ook gezegd, toen vijf jaar geleden de beslissing voor de overstap werd genomen, dat je niet klakkeloos de oppervlakte uit de BAG kan overnemen. Men moest dit project nadrukkelijk zien als een verbetertraject.’ In sommige gevallen ziet Kathmann dat de afstemming tussen de ‘BAG- en WOZ-mensen’ nog gaande is – het proces is dus nog niet overal afgerond.

‘Aan de ene kant vinden we dat het zo langzamerhand klaar mag zijn, omdat gemeenten vijf jaar de tijd hebben gehad, maar aan de andere kant is er bij zo’n groot project natuurlijk altijd sprake van vertraging en er is in de afgelopen tijd ook wel wat gebeurd. Uiteindelijk gaat het hier om een belangrijke kwaliteitsimpuls.’

Intussen zwakt de woningmarkt niet af – de gemiddelde WOZ-waardestijging is 9 procent - en merkt Kathmann dat de teneur bij burgers is: ik kan dit niet zomaar laten gaan. ‘Mensen gaan zich steeds meer zorgen maken over de woningmarkt en met televisiereclames over mensen die zich blauw betalen wordt ook wel aangemoedigd om bezwaar te maken.’ Hij betreurt het daarom dat de samenwerking met no-cure-no-paybureaus ‘nog steeds niet florissant is. Het zijn nog steeds twee werelden die elkaar niet hebben gevonden en we hopen dat dat iets meer normaliseert. Daar wordt aan gewerkt.’